CASHEWKAAS keer twee

broodbeleg, veganistische recepten

Na weken experimenteren en proberen en perfectioneren heb ik volgens mij nu twee fijne recepten voor kaasachtige substantie van cashews. Eén recept is een zachte smeerkaas die met een kleine aanpassing ook heel goed geschikt is als dipsaus bij patat, chips, groente of een cracker (O! De zeewiercrackers van BioBite, héérlijk! En vanaf april weer verkrijgbaar bij de Ekoplaza, zo werd mij verzekerd op de VeganWorld beurs in de jaarbeurs Utrecht)

Het andere recept maakt een wat stevigere kaas, vergelijkbaar denk ik, met een geitenkaas van de mat qua textuur. Deze kaas is heerlijk op pizza of pasta maar ook gewoon op een boterham.

Voor de kaas gemaakt kan worden, is er al heel wat werk verricht want voor dit recept heb je gefermenteerd granensap nodig. In het Engels heet het rejuvelac maar in het Nederlands is er geen woord voor. Ik maak het zo:

Benodigdheden:  1 kopje graan (tarwe, haver of gerst), 1 afsluitbare maatbeker, water, zeef.

Spoel het graan en zet het in de maatbeker ruim onder water. Elke dag spoel je het graan in de zeef en zet het weer onder water. Na een dag of vier gaat het  water goed ruiken en dat is het teken dat het tijd is voor meer water. Spoel het graan nog één keer en voeg water toe tot het één literstreepje. Laat dit een dag of vier staan, op  kamertemperatuur maar niet in direct zonlicht. Roer het dan goed door, het water is wit geworden en dit is  je rejuvelac. Zeef het graan eruit en giet het in een afsluitbare fles, liefst een weckfles. Dit kun je heel lang bewaren, wel goed schudden voor gebruik! En koel en donker bewaren (niet in de koelkast.)

En dan is het tijd voor de cashews 🙂

De zachte kaas is  niet veel werk en snel klaar. Neem 200 gram cashews en laat die een paar uur weken in rejuvelac. Mik ze vervolgens in de keukenmachine (zonder af te gieten) met drie eetlepels olie, twee eetlepels mosterd, 1 eetlepel citroensap, 1 eetlepel appelazijn, 1 theelepel zout en 1 theelepel gist. Mix tot een gladde massa ontstaat. Een beetje meer olie maakt het meer tot saus, een beetje minder maakt het meer tot smeerkaas.

De hardere  kaas is niet alleen meer werk; je moet  ook meer geduld oefenen. Hoe langer de kaas mag liggen, hoe lekkerder die wordt! Neem 400 gram  cashews en zet ze ruim onder de rejuvelac. Laat ze minstens vier uur weken. Mik ze vervolgens in de keukenmachine en mix ze fijn met 1 theelepel zout, 1 theelepel groene kruiden naar smaak (gemengde Provençaalse kruiden doen het goed maar in de zomer kies ik zelf liever voor één soort verse kruiden uit de tuin, bijvoorbeeld basilicum. Nadeel is dan natuurlijk wel dat je die eerst goed moet wassen en fijnsnijden…hoewel je dat laatste ook weer kunt uitbesteden aan de keukenmachine) Laat dit mengsel een uur of twee staan. Voeg dan een eetlepel gist toe en een theelepel zout (echt waar, nog een theelepel zout!) en een eetlepel citroensap. Leg een bakpapier op  maat geknipt op het werkblad. Strooi wat grof zout en kruiden over het  bakpapier uit. Spreid het mengsel uit op een bakpapier. (Ik gebruik altijd voorgesneden bakpapier maar je kunt een rol bakpapier nemen en dan zelf bepalen hoe groot je kaasrol wordt.) Rol het mengsel zo stevig mogelijk in het bakpapier. Zorg dat je ook de einden van het bakpapier dichtvouwt zodat het mengsel geen kant op kan als  het gaat gisten en zo stevigheid krijgt. Rol de rol voor de zekerheid  in nog een bakpapier. Leg  de rol in de koelkast en houdt het goed in de gaten. Soms gaat het  wat lekken na een dag of twee en dan is het verstandig de rol even in een nieuw bakpapier te rollen. Je voelt aan de stevigheid wel wanneer de kaas klaar is voor consumptie maar ik laat het zeker vier  dagen rusten in de koelkast. Na al  dit werk is  het alleen een beetje jammer dat de kaas binnen twee dagen op  is omdat het zo lekker is dat je je vingers erbij opeet. Veel plezier en tot de volgende keer!

 

 

PASTA MET ROOMSAUS

ovenschotel, veganistische recepten

Het is niet te geloven dat ik gister en eergister zonder jas bijna de hele moestuin heb gespit en de hond heb uitgelaten; vandaag is het weer bitterkoud en het regent voortdurend! Maar goed, de tuin is klaar voor het nieuwe seizoen! Volgende week spinazie zaaien en de laatste prei van het land halen. En natuurlijk de laatste bieten en de laatste witlof uitgraven. Het eerste wat van het land komt is bieslook en dat is toch zo verschrikkelijk lekker in de witlofsalade! Verder is het een beetje schipperen met groente. De vriezer is  zo goed als leeg; we hebben nog een paar bakjes tuinbonen en wat aardbeien maar de courgette-oogst was zo slecht vorig seizoen dat die al helemaal op is. In de winkel liggen nu gelukkig mooie knolvenkels uit de winteroogst. Ze zijn niet zo goed op smaak als  de zomerse venkelknolletjes (en zeker niet zo lekker als die uit mijn eigen tuin!) maar ze zijn heel goed bruikbaar als basis voor mijn pastaroomsaus. Verder heb ik  kokosroom (kokos/klappermelk, creamy) gebruikt  van het merk Nutco. Er zit 200 ml in zo’n pakje  en het is veel dikker, romiger dan kokosroom uit  blik hetzelfde merk of van Valle del sol. Conimex heeft ook kokosroom, in een flesje  van 300 ml. Deze is ook goed te gebruiken voor dit recept maar toch ook minder dik dan de pakjes van Nutco. Ik kocht bij de JUMBO volkoren pasta van biologische teelt en kan die zeer zeker aanbevelen. Hoewel biologisch niet noodzakelijk is, adviseer ik wel om voor dit recept volkorenpasta te gebruiken; de romige saus kan wel wat zwaardere pasta gebruiken 😉 Ik serveerde bij deze pastaschotel een verse witlofsalade met verse bieslook maar een mooie gemengde salade kan ook heel goed. Bij de EKOPLAZA verkopen ze momenteel al kropsla, bindsla en pluksla van lokale telers.  Ik zou zeggen veel plezier met koken en smakelijk eten!

 

INGREDIËNTEN voor 2-3 personen

135 gram volkoren pasta

1 knolvenkel

2 dunne preitjes

150 gram (kastanje)champignons

1 gekookte aardappel

2 kleine uitjes

300 ml kokosroom

6-8 gram verse kurkuma

1 theelepel gemalen zwarte peper

1 theelepel zout

1 klein blikje mais

3 eetlepels plantaardige olie

1 theelepel kerrie

1 theelepel komijn

1 eetlepel gemalen, gedroogde dille

3 eetlepels Wilmersburger pizzasmeltkaas (gemaakt van kokos!)

Verwarm de oven voor 180*C. Breng ruim water aan de kook en kook de pasta beetgaar. Snijd de uitjes (niet al te fijn) en haal het groen van de prei, was het zorgvuldig en snijd in stukken. Snijd de venkel doormidden en houd wat mooie stukken en de steeltjes apart; snijd de rest (ook het hart, wat je anders weg zou gooien!) in stukken. Verhit de olie en fruit  daarin de gesneden uitjes, het groen van de prei en de venkel. Schil en snijd de kurkuma en voeg toe. Voeg de (voorgekookte) aardappel toe. Giet de kokosroom over dit mengsel en breng aan de kook. Zodra het kookt, haal je het van het vuur en haal het door de blender  of de keukenmachine tot er een glad mengsel ontstaat. Snijd de achtergehouden venkel, het wit van de prei en de champignons in kleine, dunne plakjes en voeg dit toe aan de roomsaus. Voeg de specerijen en kruiden toe.Meng dit met de pasta en doe alles in een ovenschotel.  Strijk de bovenkant glad en bestrooi met de Wilmersburger smeltkaas. Zet de ovenschotel met deksel  in de oven en laat daar staan tot de kaas gesmolten is. Dit duurt  ongeveer 15 minuten. Als  je liever een krokant laagje hebt, haal dan na tien minuten de deksel van de ovenschotel.